Haar dagboek

Zondag, 14 juni 1942. 'Vrijdag 12 juni was ik al om 6 uur wakker en dat is heel begrijpelijk, daar ik jarig was.' De eerste zin die Anne schreef in haar gloednieuwe dagboek. Ook beschreef ze het moment dat ze haar dagboek voor het eerst zag, ze ging haar cadeau's uitpakken. 'Het was in de eerste plaats jou die ik te zien kreeg, wat misschien wel een van mijn fijnste cadeau's was.' Anne schreef bijna elke dag wat ze gedaan had, maar soms duurde het een paar dagen voordat ze weer verder ging. Na een tijdje rond 22 sept. 1942 begon ze haar verhaaltjes met 'lieve Kitty' dat werd de naam van haar dagboek.  Ze kwam erop door een serie waarvan ze hield. Het was een soort vriendin waarin ze alles kon opschrijven en die niks door zou vertellen.

Voordat de joden bijna geen vrijheid meer hadden stond er een typisch meisjesleven geschreven in 'Kitty', de dagen op school, verjaardagspartijtjes en nog veel meer. Maar later werd dat meisjesleven steeds beknopter tot zwijgend de dagen doorbrengen. Op 8 juli 1942 kon je in het dagboek lezen dat haar leven steeds kleiner werd. Vlak daarvoor ging ze nog naar school en kreeg ze te weten of ze over mocht, maar op 8 juli schreef ze dit: 'Vanaf zondagmorgen tot nu lijkt wel een afstand van jaren. Er is zoveel gebeurd, dat het is alsof de hele wereld zich plotseling omgedraaid heeft. Maar Kitty, je merkt dat ik nog leef en dat is de hoofdzaak, zegt vader. Ja inderdaad, ik leef nog, maar vraag niet waar en hoe.'Haar vader moest van de S.S (de 'legergroep' van Hitler) naar een concentratiekamp, maar dat lieten ze natuurlijk niet toe. Ze moesten officieel onderduiken. Anne tekende ook een plattegrond van het kantoor waar ze in schuilden. Het moment dat dat allemaal gebeurde is nog in het begin van het boek dus de rest is vooral geschreven in hun schuilplaats. Maar ze gaf de hoop niet op en probeerde vaak positief te schrijven. 'Als ik zo wel eens bedenk hoe we hier leven kom ik meestal tot de conclusie dat we hier, in verhouding tot andere Joden, die niet ondergedoken zijn, als in een paradijs hebben.' 

Maar ze vertelde ook dat Duitse en Engelse vliegers weer een gevecht hadden. Er gingen ook veel geruchten rond zoals 4 Canadezen waarvan er een vloeiend Nederlands sprak en de melkboer vroeg om vuur voor hun sigaretten, en ze vertelde dat er in de oorlog´s machine in totaal 6 mensen zaten. Hun piloot was verbrand en de vijfde man is gevlucht. De groene politie kwam 4 kerngezonde mensen ophalen. Anne vond het maar raar dat ze nog zoveel wisten van de reis. Het was in die tijd erg warm buiten maar in het Achterhuis moest de kachel aan om groente-afval en vuil moesten verbranden. Want in de prullenbakken konden ze niks gooien want ze moesten rekening houden met de magazijn-knecht. Het leven was zwaar en lastig om lang vol te houden. Maar Anne bleef haar meeslepende verhalen schrijven, bijna iedere dag. Soms was het een normale dag maar meestal zwegen ze en af en toe werden ze net niet betrapt. Aan het einde van haar dagboek lijkt het alsof ze nog niet weet dat ze er nooit meer in zou gaan schrijven, de laatste alinea die ze schreef is: 'Als er steeds op me gelet wordt, dan word ik eerst snibbig, dan verdrietig en ten slotte draai ik mijn hart weer om, draai het slechte naar buiten, het goede naar binnen en zoek aldoor naar een middel om te worden zoals ik zo erg graag zou willen zijn en zoals ik zou kunnen zijn als... er geen andere mensen in de wereld zouden wonen. je Anne M. Frank.' 

 

 

 Kitty werd gepubliceerd, ook in het Duits voor verre 'familie'.